De rotonde heeft afgelopen jaren een opmars gemaakt. Was het vroeger een zeldzaamheid, tegenwoordig is de rotonde gemeengoed geworden. Je treft ze echt overal aan. Zelfs de kleinste kruisingen in nieuwbouwwijken worden al voorzien van rotondes, vaak nét iets te krap aangelegd. Er zijn zelfs al geschilderde rondjes op kruisingen gesignaleerd, met van die grote witgeschilderde pijlen op het asfalt om het verkeer de rondgaande beweging te laten maken. Het stemt me licht weemoedig. Waar is de rotonde als groot rond verkeerskundig gebaar gebleven?

De rotonde zelf is ook ingewikkelder geworden. Vroeger was het concept van kinderlijke eenvoud. Laat het verkeer op een kruising een rondje rijden tegen de klok in, en klaar. Het Keizer Karelplein in Nijmegen is het Nederlandse voorbeeld van de oerrotonde. Op een enkele toeterende toerist na, doet de rotonde zijn werk. De rotonde is rond, het verkeer draait. Zo moet het zijn. Nu kennen we fietsrotondes, turborotondes, en in Staphorst ligt zelfs een ‘Stovonde’ (de Staphorster Ovalen Rotonde). Er zijn rijbanen, betonnen randen, bypasses, voorsorteerstroken, alles om het verkeer nóg sneller af te wikkelen.

Die overdaad aan soorten en maten rotondes doet verlangen naar eenvoud. Een echte rotonde, zoals die oorspronkelijk is bedoeld. Eentje zonder stoplichten waar je, eenmaal erop gedraaid, eeuwig naar links lijkt te moeten sturen terwijl je geen idee hebt wie er met je mee draaien, want de overkant van de rotonde is niet te zien. Een rotonde met een park in het midden met treurwilgen en een vijvertje. Eentje met de romantiek van het eeuwige draaien naar links, het eindeloze rondgaan van het verkeer en de identieke afslagen, allemaal in een flauwe bocht rechtsaf. Zo’n rotonde dus.

Joure is de enige plek in Nederland waar dat nog kan. Hier kruisen de A6 en de A7, en ook de lokale Geert Knolweg komt op de rotonde uit. Die weg heeft zelf na een meter of 50 weer zo’n klein wijk-rotondetje. De lokale Q-liner heeft het er maar moeilijk mee. Maar het mooiste van de rotonde van Joure is het bord dat je tegenkomt bij de afslag naar de A7 richting de Afsluitdijk. “Amsterdam rechtsaf A7, Amsterdam linksaf A6”. Er gaat iets Frans vanuit dat bord: welke weg je ook neemt, je komt altijd in de hoofdstad uit. Nederland is klein, zo blijkt maar weer.

Laatst reed ik er langs en was het er ineens niet meer. Lichtblauwe blokken waren over het grauwe donkerblauwe bord geplakt. Voor de A7 werd alleen Joure-West en Sneek aangegeven. De route naar Amsterdam via de Afsluitdijk wordt kennelijk als bekend verondersteld. Zoals de vrijheid van de automobilist op rotondes wordt ingeperkt met bypasses, betonnen randen en voorsorteerstroken, zo wordt de automobilist op het vlak van navigatie ook geen keus meer gegeven. Het Franse centralisme maakt plaats voor Joure-West. Jammer. Nederland is klein.

De rotonde van Joure gaat komende jaren op de schop. Er komen fly-overs voor in de plaats en de Geert Knolweg krijgt op- en afritten die ongetwijfeld de naam Joure-Oost zullen dragen. Het kan mij niet meer schelen. Zonder dat bord was Joure Joure toch al niet meer. Alleen jammer dat na het verdwijnen van de laatste snelwegrotonde van Nederland de eeuwige bocht naar links er straks niet meer zal zijn.

joureBeeld: Google Streetview