Ens

Ens is een lekker voorspelbaar dorp. Een dorp zonder franje en die verwacht je daar ook niet. De opzet van Ens ligt voor de hand: het dorp ligt strak langs de N50, halverwege Kampen en Emmeloord. Loodrecht op de N50 ligt de Baan, een brede weg die het dorp netjes in tweeën deelt, precies zoals je verwacht. Aan het begin van de Baan is een parkeerplaats met daarachter het lokale café, het Wapen van Ens. Aan de straat staat een bord dat aangeeft dat de straat 4 drempels telt, dat is dus vier keer remmen en optrekken.
We zijn gewaarschuwd.
Verderop is een klein pleintje dat onlangs fris is ingericht. Bankjes, bloemen, bestrating, dat werk. Spar. Rabobank. Snackbar. Borden verwijzen naar het lokale industrieterrein. Dat heet trouwens ook gewoon Ens. We weten waar we aan toe zijn, hier in Ens.

Aan het einde van de Baan, aan de Stallijnstraat, staat de protestantse kerk van Ens. Daarvoor een rijtje houten bloembakken en bankjes. Op één van de bakken heeft iemand ‘zinvol geluk’ geschreven.

20130528-193900.jpg

Mijn bezoek aan Ens, net nog zo voorspelbaar, krijgt een onverwacht filosofische wending.
Zinvol geluk.
Bestaat er zinloos geluk? Of is alle geluk eigenlijk zinloos omdat geluk er gewoon is? Als het er al is? Ik denk aan J.C. Bloem. In 1945 schreef hij een gedicht over de Dapperstraat:

“(…)
alles is veel voor wie niet veel verwacht.
Het leven houdt zijn wonderen verborgen
Tot het ze, opeens, toont in hun hoge staat.

Dit heb ik bij mijzelve overdacht,
Verregend op een miezerige morgen,
Domweg gelukkig in de dapperstraat.”

Of dus domweg gelukkig in Ens. Alle geluk is zinvol. En voorspelbaarheid speelt daarbij zeker een rol. Alles is veel voor wie niet veel verwacht.

2013-05-28T19:37:27+00:0028 mei 2013|De vooruitgang|

Leusden

Leusdenaren winkelen op de Grutterij en de Komenij. Smalle winkelstraten, zoals overal in Nederland. De verdiepingen van de panden zijn opgetrokken uit hout en hebben felle kleuren en korte daken. Het doet een beetje denken aan Wild West. Of een Noors bergdorp. Of het Siberische platteland. Net wat je erin wilt zien. De oranje letters van de Blokker brengen mij terug in Leusden. Er is alles aan gedaan om het knus te maken. En zo hoort het, in een Nederlands jaren-80-dorp.

Een timmerman repareert een raam van de HEMA. Een moeder probeert haar peuter het Kruidvat in te loodsen. Een man op leeftijd drukt zijn peuk uit. Voor de confectie van Marks & Spencer staan vier mannen in zwarte pakken. Jonge, ambitieuze mannen. De schoenen glimmen en het haar is vet. Eén van de vier zondert zich af en is met 2 telefoons tegelijk in de weer. Vegen met de ene hand, en bellen met de andere. Het lukt niet. Het ligt aan ‘die ene dinges’. De andere drie jonge jongens nemen wat afstand, alsof ze er niet bij willen horen. Langzaam schuiven ze naar de ingang van de Miss Etam. Ze hebben niet door dat ze in Leusden zijn. Op de Komenij.

20130914-174836.jpg

2013-05-21T17:02:47+00:0021 mei 2013|Straattheater|

Ameland

Waar begint Ameland? Zo’n vraag komt in mij op als ik over de A32 naar het noorden rijd. Voorbij Heerenveen wordt het snel drukker. Ineens is daar het bord met Werpsterhoek erop. Leeuwarden kondigt zich aan. Vlak daarvoor, bij net zo’n blauw bord begint Ameland.
“Ameland volg Stiens”.
Friese poëzie.

Vervolgens is het nog een heel eind. Door Leeuwarden, over het immens lelijke Europaplein, en verderop linksaf naar en langs Stiens. En dan het kralensnoer van dorpen: Hallum. Marrum. Blije. Ferwert. Holwerd.

Holwerd. Wie Holwerd zegt, zegt Ameland.
Eigenlijk is het al een beetje Ameland. Ik ga linksaf, met een slinger de dijk over. Dan: het lege niets, het einde van de wereld. De grote boten van Wagenborgen. Het ruikt naar de zee. In de verte lonkt het eiland.

We leggen aan. Ik rijd de pier op. De commercie van eettent de piraat en de firma Kiewiet die fietsen verhuurt. Een grote Volvo haalt me in, onder de open achterklep een fiets. Een simpel touwtje voorkomt dat de zaak losschiet. En dan slokt de strakke dijk de pier op. Hier begint Ameland echt. Maar waar is het eilandgevoel?

In de verte (is er een verte op een eiland?) de gele supermarkt uit Veghel. Hier ook al. Aan de andere kant staat een grote doos van de horecaboer Hanos. De vooruitgang van Nes: het is duidelijk waar het op het eiland om draait. Mijn blik dwaalt naar rechts en daar staat het oude huisje van de Amelander duivenvereniging. Grijze metalen hokken achter de vervallen ruitjes. Hier begint Ameland.

IMG_1559

2013-05-14T19:49:55+00:0014 mei 2013|Ongepland Nederland|